Doen alsof

Doen alsof

8 augustus 2024 3 Door Bonnie

Nee ik ga niet doen alsof mijn neus bloedt. Ik zie heus wel hoe omvangrijk mijn persoontje aan het worden is als ik voor de confronterende van-kop-tot-teen spiegel sta om mij ‘s morgens aan te kleden. Doe dat dan ergens anders, zou je zeggen, of laat de gordijnen nog even dicht tot alles netjes bedekt is. Maar nee, zoals ik al zei: ik ga niet doen alsof mijn neus bloedt. Anders gezegd: struisvogelen met mijn kop in het zand heeft geen zin. 

Het is wat het is, het beeld dat mijn spiegel weerkaatst is goed gevuld. Het lijkt wel alsof het gaandeweg is ontstaan sinds ik eindelijk weer een beetje normaal kon eten na het verwijderen van mijn galblaas. Iets lijkt wezenlijk veranderd in mijn hele spijsverteringsstelsel.

Ik kan mijn eten net zo goed meteen aan de buitenkant rondom mijn lijf boetseren, misschien kan ik het dan nog eerlijk verdelen. Nu klampt het zich krampachtig vast aan de binnenkant op diverse plekjes met vaste verblijfplaats. Natuurlijk precies daar waar ik het niet wil. Daardoor begint mijn lijf verdacht veel op die van Barbamama te lijken. Ik verdoezel me suf met jurkjes met printjes.

In 2021 heeft een voedingsdeskundige mij met succes op weg geholpen om verantwoord af te vallen en spierkracht op te bouwen. Dat was toen ter voorbereiding op mijn operatie waarbij er een nieuwe bekkenbodem gefabriceerd zou worden. 
Afgelopen juni heb ik haar opnieuw benaderd. Wachttijden zijn overal enorm lang, zo ook bij haar praktijk. Ik kon op z’n vroegst op 3 augustus terecht. Ook letterlijk: ik moest mij om 8:00 uur ‘s morgens melden. Oef… da’s voor mijn begrippen erg vroeg om ergens al fris en fruitig aanwezig te zijn. Geen ramp, het lukt me wel mits het incidenteel voorkomt en niet dagelijks.

Gek hè, ik ben automatisch rond half zeven wakker, dan probeer ik nog een beetje te rekken. De tijd bedoel ik, niet mijn ledematen (dat laatste zou ik eigenlijk wel moeten doen….) Meestal ben ik mijn bed om zeven uur al uit. No problemo. Het probleem zit ‘m juist in het daarna verder opstarten. Negen uur gedoucht, verzorgd, aangekleed en ready-to-go red ik wel. Acht uur vergt even wat aanpassingen in mijn avondplanning ervoor.

Mijn gesprek met de voedingsdeskundige duurde ruim een uur. Sinds mijn laatste bezoek aan haar, vijf operaties en zes ziekenhuisopnames verder, kun je wel stellen dat er nogal iets is veranderd in mijn lijf. Het missen van een galblaas, het maanden niet (kunnen)eten en een half jaar niet normaal kunnen bewegen, heeft mijn systeem totaal overhoop gegooid. 

Het één is het logische gevolg van het ander. Ik zit met een klein erfenisje van dat alles bij elkaar. Er vereist een nieuw plan van aanpak, daar wordt aan gewerkt. Voornamelijk draait het om een andere manier van eten en bewegen. Niet zozeer een dieet. Wel alle maaltijden in kleine porties verdelen over meerdere momenten per dag, omdat de functie van een galblaas ontbreekt. En qua bewegen gaat het nu om cardio- in plaats van krachttraining. Kwestie van mind(re)set.

Kwart over negen stond ik weer buiten. Lekker, als je dan nog een hele dag voor je hebt. Ik besloot spontaan om naar de binnenstad te rijden. Even neuzen in dat ene winkeltje dat, naast Rivièra Maison dingetjes voor in huis, ook kleding verkoopt. Half tien stond ik er voor een gesloten deur. Hè, hoe kan dat nou? Toen pas zag ik het kaartje op de deur: 10:00 uur open. Getsie.
Wat zou ik… terug naar huis dan maar?  Neen. Ik besloot om te doen alsof.

Soms doen Don en ik dat wel eens, ongeacht waar we zijn -zelfs als we in de plaatselijke supermarkt boodschappen doen. Gewoon voor de lol. “Laten we doen alsof we op vakantie zijn en alsof we hier nog nooit zijn geweest.” Altijd grappig om door de ogen van een toerist te kijken. En zo loop ik nu dus het smalle winkelstraatje door, alsof het de eerste keer is.

Wat een leuk straatje met al die OudHollandse geveltjes, afgewisseld door moderne. Aan weerszijden kleine winkeltjes die je niet overal ziet. Schoenen, kleding, snuisterijtjes, verzorgingsmiddelen, cadeautjes, taartjes, sushi’s, kaas, een kapper en verderop een bakker. Niet zomaar eentje, nee deze staat bekend om zijn overheerlijke tompoezen en kroketten. Met recht: tompouce en croquette. Ik sta even stil en tuur door de etalageruit naar al het heerlijks dat op etagères wordt gepresenteerd. Ik doorsta de verleiding in slenter door, richting het plein dat omgeven is door horecagelegenheden. 

Bij de oude ophaalbrug over één van de Vlieten die Maassluis rijk is, ligt een boot langs de kade. Omgebouwd tot terrasboot ziet het er uitnodigend uit met parasolletjes en plantenbakken vol kleurrijke bloemen. Daar wil ik wel even in het zonnetje zitten! Ik laveer mijn rollator behendig over de smalle loopplank en plof neer tussen de zachte kussens van het bankje. De ochtendzon is nog niet fel en al te warm. Precies goed zo. Het doen alsof waant mij écht een beetje ‘op vakantie’.

“Een jus d’orange” vraag ik aan de verlegen jonge ober, die vervolgens stuntelt met het invoeren van de juiste code op zijn bestel-apparaatje. Dat klonk echt Frans, bedenk ik me ineens. Als: ‘un jus’dorange’. Ik had daar eigenlijk nog “s’il vous plait” aan toe moeten voegen. Als mijn sapje wordt gebracht, zet ik mijn Franse accent nog even door. “Merci” brouw ik met een rrrrollende R achter in mijn keel. Oh, was ik maar echt in Frankrijk, mijmer ik een momentje. Maar het volgende moment turen mijn ogen alweer als die van een dagtoerist over de Vliet langs de rij historische panden aan de overkant. Prachtig is het hier. 
Ik geniet een poosje comme une faux française van het uitzicht, mijn versgeperst drankje en het ochtendzonnetje. Alsof ik hier nog nooit ben geweest…

Later in het winkeltje dat inmiddels al lang open is, word ik geconfronteerd met de keiharde waarheid. De kekke zomerjurkjes die er hangen zijn “One size”. Ja ja.. as if!
Ik weet dat doen alsof ook ik daar in pas, geen zin heeft. Laat maar, vandaag niet aan mij besteed.
Dan valt mijn oog op een openvallend hes- vest- kimono-achtig ding. Gut, hoe noem je zoiets nou eigenlijk? En waar draag je dat op of over?

Thuis heb ik nog van die linnen jurkjes -weliswaar van seizoenen geleden, maar tijdloos en dus bewaard. Een blauwe, witte, beige….  Daar past dit mooi overheen. Kijk aan: tig vliegen in één klap.  Ik reken af en neem het aqua linnen tasje met daarin mijn nieuwe aanwinst in ontvangst. “L’eau vive”, staat op het tasje. Hoe toepasselijk! Ik paradeer ermee naar mijn auto en doe nog heel even alsof ik zojuist iets bij een Franse Boutique heb gescoord.