Best wel blij

18 maart 2016 5 Door Bonnie
Lekker vroeg klaar vanmorgen, dus eindelijk tijd `over` om samen met Don thuis en koffie met gebak te vieren dat week drie er op zit. Uitgebreid met de oncoloog-verpleegkundige zitten babbelen. Ik zou vandaag een morfine pilletje innemen en zien of ik bijverschijnselen zou krijgen, echter: geen pijn en voor mij geen reden om zo’n pil dan toch in te nemen -zo zei ik haar. Sowieso vroeg ik me af waar alle randverschijnselen blijven. Het lijkt wel alsof alles averechts gebeurt. De eerste weken van de behandeling zou ik niets merken en pas in week drie zou ik last kunnen gaan krijgen van eventuele verbrandingen, huidproblemen, vermoeidheid, diarree en wat verder nog in de aanbieding lag.
Bij mij begon na dag twee de tumor al te krengen, mijn huid vervelend te doen -maar dat kon net zo goed aan mijn eczeem liggen-  en was ik chronisch moe. Sinds de afgelopen week voel ik me wonderbaarlijk genoeg iedere dag een soort van fitter. Na zondag verdween ook de hevige pijn bij het gaan zitten/staan, weliswaar nog wat gevoelig maar beduidend minder. Mijn huid blijft kriebelen, daar kan ik mee leven -was ik toch al aan gewend. Vreemd genoeg lijkt het alsof mijn astmaklachten ook minder zijn geworden. Het orkest is flink gereduceerd tot heel af en toe een heel klein harmonicaatje, maar verder hoor ik geen gezaag en gepiep meer.  De Onco-V bevestigde dat het in mjn geval inderdaad wel eens zou kunnen kloppen, ik knap juist op van de behandeling in tegenstelling tot sommige andere patiënten. “U was immers al zo ziek toen u overal aan begon, bovendien had u al ontzettend veel last van de tumor. Toen ik u voor het eerst zag dacht ik nog bij mezelf Oei… dat gaat nog zwaar worden voor die mevrouw, ze is er nu al zo beroerd aan toe. Maar…. ik zie ook dat u hier baat bij heeft. De behandeling werkt, dat is duidelijk. De klachten van de tumor zullen nu steeds minder worden en ik verwacht niet dat u nu ineens wel allerlei bijverschijnselen zult krijgen” Heel even dacht ik nog “Huuuu, dan ken je mij nog niet….” maar die gedachte heb ik onmiddellijk met ctrl-alt-del verbannen. Of ik verder nog vragen had. Mag ik in de zon? Nee dus. Tenzij met een hoge factor, maar liever niet. Het bestraalde deel mag zelfs gedurende een jaar na de behandeling niet in de zon. Ik kreeg meteen visioenen van mezelf met alleen een ontbloot bekken in het zonnetje gezellig  bezig het onkruid uit mijn moestuintje te wieden. Ieiew… doe maar niet!
Andere vragen kon ik zo gauw niet bedenken. 
De uitslag van mijn bloed was wederom goed, wel wat lage waardes maar stabiel en verder geen bijzonderheden. Mijn gewicht was wel weer iets afgenomen: vorige week nog 62,5 en nu 61. Ik moet echt proberen dit op peil te houden en niet verder af te vallen. Het eten gaat echter niet van harte. Door de chemo is mijn mijn mond af en toe zo droog als de sahara en lijkt mijn tong een enorme lap leer. Echt trek heb ik dus niet, maar verplicht mij om braaf mijn bordje leeg te eten, omdat die chemo pillen er direct achteraan in moeten. Dat is soms nog wel “een dingetje”. Ik kan de hulp van de diëtiste weer inschakelen, maar ik weet donders goed dat ik het zelf moet doen. Zij kan wel van alles roepen en adviseren, maar ik zal het zelf allemaal moeten doen en opeten….  Ga ik me de komende dagen maar eens op storten. Voor nu maak ik alvast een beginnetje: stukje slagroomhazelnotentaart: Lekkerrrr!