Pasar 2017
Hij nam het laatste hapje van zijn pisang goreng en slenterde naast mij. Terwijl ik een slokje van mijn kelapa muda nam, zuchtte hij weemoedig: “Ach, weet je nog vorig jaar? Toen liep zij hier ook nog. Ze liep slecht, maar ze wás er wel.” Ja, zei ik. Ik twijfelde, had ik er wel goed aan gedaan om hem mee te nemen naar de Pasar Malam? Misschien haalde het teveel herinneringen naar boven. Maar hij was blij verrast en had wel zin in een uitje.
“Nu ik ouder word, denk ik steeds vaker terug aan hoe het in Indië was. Daar leerde ik haar kennen. We fietsten samen naar school en gingen met elkaar om. Alle jongens draaiden om haar heen. Vooral Jopie, sportieve jongen, vol streken…goedlachs. Zij leek in geen van ons geïnteresseerd. Ik vond haar toen al leuk, maar zij zag mij niet ‘op die manier’ We waren ‘gewoon vrienden’. Gezellige tijd…”
Zullen we even ergens zitten? onderbrak ik hem. Door de geur van kruidige gerechten die uit verschillende kraampjes opsteeg, kreeg ik trek. Of bent u al vol door die pisang? “Nou nee hoor, laten we maar wat lekkers zoeken.” Ik had het kunnen weten, bij indo’s draait het immers altijd om eten. We wurmden ons door de mensenmassa heen langs kraampjes met batiksarongs, ginsengcrèmes, kookboeken, sambals en oudhollands snoep. Wat had dat laatste nou te maken met een Indische pasar?
Ik herinnerde me hoe mijn ouders mij als kind meenamen naar een van de eerste Pasars in de Houtrusthallen in Den Haag. Tegenwoordig zijn Pasars op meerdere locaties een paar keer per jaar te bezoeken, overdekt in grote evenementenhallen of tenten. Vroeger was het letterlijk een pasar: een markt, buiten met alleen maar Indische waren. Niks zelfschepdrop, patat of stroopwafels, maar: tjendol, es sjanghai, wadjik, kue lapis, rissoles, martabak en saté kambing -jawel, geit.
Al mijmerend liepen we langs het podium, waar Hawaiiaanse schonen gehuld in rieten rokjes hun heupen de hula wiegden op klanken van ukeleles. Ze zongen Aloa Oé, wat zoiets betekent als “Dat je omringd mag zijn door liefde”. We vonden er een tafeltje. “Straks komt die ene Blue Diamond” zei hij “die wil ik wel zien hoor” De Blue Diamonds bestaan toch niet meer? “Eentje nog toch! Die ander, al dood”
Intussen gaven we onze bestelling door: bami goreng, op z’n Indisch, niet van die brede bleke laffe slierten zoals bij de chinees. Oh ja, eentje is dood, herhaalde ik. “Ja, zo gaat dat…Vroeger of later, allemaal dood.” Hij pauzeerde even en mijmerde verder. “Zij ook. Ik had een oogje op haar, weet je. Al van vroeger. Zo jammer dat we geen contact meer hadden nadat zij naar Holland was vertrokken. Dat was in tweeënvijftig. Ik heb gewacht op bericht van haar, maar helaas niets meer gehoord…” Nee, tot eind 2007, vulde ik hem aan.
Ik kende de rest van zijn verhaal maar al te goed. Op een dag was Zij thuis benaderd door een oude schoolvriendin, die haar vertelde dat ze op een reünie over hem had gehoord. Met de woorden “Is leuk toch?” gaf de vriendin haar zijn telefoonnummer en na een kleine aarzeling had Zij de stoute schoenen aangetrokken.
“Ik weet nog goed toen ze me belde.” zijn rimpelige gezicht straalde “Ik was zo blij. Ze noemde haar naam en vroeg Ken je me nog? Natuurlijk!! Hoe bestaat het hè? Ze vertelde dat ze weduwe was. Toch met Jopie getrouwd! Ongelooflijk dat we elkaar na 54 jaar weer terug vonden. Na twee huwelijken was ik al jaren alleen.“ Hij slikte met een hap bami tegelijk een brok in zijn keel weg. “Ik was haar nooit vergeten en nu eindelijk herenigd! Wat hebben we het goed gehad. We hebben samen nog veel leuke kunnen doen. Waarom mocht dat maar zo kort duren? Zo oneerlijk dat ze ziek werd….” Hij zweeg en staarde stilletjes voor zich uit. Op de achtergrond de nog herkenbare stem van Riem de Wolff: Ramona, I need you my own.
“Was zij er nog maar. Ik mis haar verschrikkelijk. Elke dag denk ik aan haar. Ik had veel langer met haar willen zijn. Maar ik ben blij. We hebben mooie jaren samen gehad.“ Stilte, een zucht. En toen benadrukte hij nogmaals: “Ik mis haar. Negen jaren was zij van mij. Ze was mijn grote liefde…..”
Ik keek hem aan en zei zachtjes Ik mis haar. Bijna zestig jaar was zij van mij. Ze was mijn moeder….
Ramona, they’re singing out our song of love….galmde de stem van die ene Diamond over de Pasar.
Ontroerend, Maar wat een geluk na zoveel jaar. Direct aanhet begin wist ik dat het over jouw moeder ging. Een groot gemis voor jou en Ginny
Tranen in mijn ogen, zoveEl soorten liefde, voor altijd …