De Gebroeders

De Gebroeders

3 december 2020 1 Door Bonnie

Allereerst een fragment uit een stuk tekst, dat ik jaren geleden al schreef:

oud

Kerstavond 1986 zou ik voor het eerst naar de katholieke kerk van Maassluis gaan om de kerstnachtmis te vieren.
In dat voorjaar was ik in mijn eentje in Maassluis komen wonen en wist er heg noch steg.
In die zomer leerde ik mijn bovenbuurman kennen en raakten we bevriend.
Tegen de tijd dat het Kerst werd, wist hij wel iemand met wie ik samen naar de nachtmis kon gaan, zodat ik niet alleen hoefde.

Aldus maakte ik kennis met die “iemand”: een oudere man, die samen met zijn vrouw en twee volwassen zonen in Maassluis woonde. In dat jaar was zijn vrouw ernstig ziek geworden. Zij kon daardoor helaas niet met hem mee naar de nachtmis, zoals ze samen altijd gewend waren. Zo kwam het dat ík hem toen vergezelde en ook hij niet alleen hoefde te gaan.

Opa van Dijk, zo noemde ik hem, zat steevast op zijn “eigen plek” voorin de kerk, op het hoekje van de tweede rij in het middenvak. In het begin vond ik dat maar niks zo helemaal vooraan, maar naar mate de jaren verstreken werd het “ons plekje”.

Het jaar dat volgde veranderde er van alles.
Spijtig genoeg, overleed de vrouw van opa van Dijk.
Ik ging samen met mijn buurman (!) in De Lier wonen, we verlieten Maassluis.
Ondanks de verhuizing, belde ik op kerstavond bij een verbaasd, verraste opa van Dijk aan de deur om hem op te halen voor de nachtmis in Maassluis. Na de mis wandelden we terug naar zijn huis, waar zijn zonen (inmiddels omgedoopt tot “de gebroeders”) en mijn vriend-de-exbuurman ons opwachtten met een warm drankje en een hapje bij wijze van kerstontbijt.

Het werd een waardevolle traditie. Ik werd dan van thuis uit naar de kerk gebracht. Daar zat ieder jaar opa van Dijk – dubbel breed – al op zijn vaste plek op mij te wachten en mopperde: “Je bent te laat!” als ik haastig naast hem schoof. Ik genoot van zijn zogenaamd gemopper en van zijn valse gebrom dat Stille Nacht moest voorstellen. Ik koesterde die momenten toen al en doe dat nu nog.

Dertien jaar hebben we samen de kerstnacht zo gevierd. Opa overleed toen hij 83 was. Dat jaar was een beladen kerstnacht. Ik ging alleen. Ik was deze keer op tijd. Ik heb eerst een kaarsje voor opa gebrand en ben toen op zijn plekje gaan zitten. Het was écht een stille nacht. Ik miste zijn gebrom naast mij. Alles waarover in die kerstnacht werd gesproken, raakte mij enorm.

Na afloop ging ik zoals alle voorgaande jaren, maar nu alleen zonder opa, naar het huis waar de gebroeders met mijn vriend-inmiddels-echtgenoot op mij wachtten met hun “kerstborrel”. Deze traditie zette zich voort, ook zonder opa – maar vreemd was het wel.

& nieuw

Terug naar 2020.
Om nog even door te borduren op bovenstaand fragment:
Don en ik verhuisden in 1994 weer terug vanuit De Lier naar ons geliefde Maassluis. De oude kerk in het centrum werd afgebroken. Hiervoor in de plaats kwam er een nieuwe, supermoderne in de West-wijk.

Vanaf de nieuwe locatie was de afstand om naar het huis van de gebroeders te wandelen na de nachtmis te groot. Dat werden dus autoritjes, waarmee de charme van een nachtelijke kerstwandeling door het oude centrum van Maassluis wegviel. Niet meer over het pad langs de verlichte bootjes in de vlieten en de grotere vaartuigen in de binnenhaven. Het gemis van de klanken van kerstliederen van alle meezingers en het koor op het plein rondom de enorme kerstboom. Best jammer, dat maakte het allemaal juist zo speciaal.

amper één jaar geleden…..
Incroyable!

In totaal heb ik de kerstnacht-traditie 25 jaar mogen beleven: 13 mét en 12 zonder opa, doch álle keren met de gebroeders. Daarna begon ik met mijn gezondheid te tobben. Was ik niet gevloerd of belemmerd door zwaar eczeem, dan was het wel door astma en uiteindelijk gooide kanker roet in de kerstnachtborrel. Soms was ik te ziek en als niet, dan ontbrak mij de energie om zo laat en zo lang de nachtmis bij te wonen. Ik trok het niet meer. Mijn kerstnachtbezoekjes aan de gebroeders verwaterden….

Ondanks alles zijn zij mij altijd dierbaar, ook al zie ik ze niet zo vaak. Grotere fans dan zij zijn, kan ik me niet bedenken. Als ik alleen al kijk naar de vele tientallen kaarten en berichtjes waarmee zij me steeds hebben weten te verassen…ondenkbaar, ontelbaar, bijzonder 🙂

slechts een hele kleine greep uit zomaar twee weekjes….

De reden waarom ik er nu op dit moment over schrijf, is dat één van de gebroeders een paar maanden geleden in het ziekenhuis belandde. Omwille van zijn privacy, treed ik hierover niet verder in detail. Het enige wat ik er over kan zeggen is, dat hij op dit moment is overgebracht naar een verzorgingshuis. De situatie is behoorlijk ernstig.

Ik hoop van harte dat nóg meer narigheid, ongemakken en pijn hem bespaard mag blijven. En ook hoop ik dat hij nog heel lang mijn blogs kan volgen.
Ik weet dat de gebroeders ze allemaal lezen en bewaren…
Vandaar dus ook, dat ik deze ene herinnering aan hun vader (waarvan ik zeker wist dat ik die nog ergens had opgeslagen -zie je nou wel! 😉 ) via dit medium met hen wilde delen.
For old times sake…

Ik brand er niet één,
maar héél veel
voor julli
e

en wie weet, brandt iemand die dit nu leest wel een kaarsje met me mee!