Wees kind

Wees kind

30 december 2021 3 Door Bonnie

Ik was helemaal niet van plan om drastisch te gaan opruimen, ik ging alleen een polis in een ordner opbergen.

In onze kleine kamer zat al een schuifkastenwand van muur tot muur, de vorige bewoners lieten die voor ons achter. Na een vluchtige blik tijdens onze bezichtiging van de woning, leek het mij toen wel een handige kledingkast ook omdat een van de schuifpanelen een spiegel is. Pas toen we maanden later onze intrek namen, bleek hoe ik me had vergist in de diepte van de kast. Zeg maar gerust ‘ondiep’. Je kunt er geen kledinghanger op een normale manier in kwijt. Op de planken zouden eventueel gevouwen kledingstukken passen, mits je de kunst van origami verstaat. En ja, dat doe ik een beetje, maar dan bij voorkeur met papier -liefst klein en vierkant.

Geen kast voor kleding dus, maar administratie: rijen ordners, mappen, albums,  naslagwerken en weet ik wat nog meer. Mijn oog valt op een ordner met dossiers van langer dan zes jaar geleden. O, maar die kan leeg! Daarnaast staat nog een ordner, vol belastingzaken van toen ik nog als ZZPer  danssessies gaf. Kan ook weg! Tsja en ineens sta ik dan stapels papier te versnipperen.

In een andere map vind ik een verzameling teksten, brieven, gedichtjes en andere schrijfsels.  Ohhh, als ik niet oppas verzand ik in oeverloos doorbladeren en lezen. Nee niet nu, ander keertje. De map gaat terug op de plank. Of nee, toch niet, want wat stond daar op dat krabbeltje voorin? Ik vis het alsnog uit de map en zie in de rechterbovenhoek  “december 1997”. Zo, da’s lang geleden…toch nieuwsgierig even lezen…

Na de eerste regel weet ik weer waar en wanneer ik het geschreven heb. Het was tijdens een training en een van de opdrachten was “Schrijf in het kort iets over Het Kind In Jezelf”. Ook al vond ik het bij het horen een vage opdracht, toch begon ik meteen te pennen. Mijn buurman staarde apathisch naar het lege blad voor hem en zuchtte.

Ik keek schuin opzij naar hem met opgetrokken wenkbrauwen. Hij zuchtte nog eens en fluisterde Dat lukt me nooit. Huh? Hoezo niet? vroeg ik. Ik voel alleen maar weerstand naar boven komen. Nou, dan schrijf je dat toch op, reageerde ik terwijl ik verder schreef. Zijn blad bleef echter angstvallig leeg.
Zo, jullie tijd is om. Leg je pennen maar neer, zei de trainer.

Pfff....Wat heb jij opgeschreven? vroeg mijn buurman, Mag ik het eens lezen? Ik overhandigde hem mijn blaadje:

Het kind in mij is speels, vindingrijk, creatief, open en onbevangen. soms onbezonnen, ondeugend -zelfs stout en drammerig-, eist een berg aandacht, maar kan zich ook prima alleen vermaken. Is soms vertederend en lief, maar soms zou ik haar graag achter het behang willen plakken om vervolgens stiekem zonder haar te verhuizen.

Toch ben ik blij met het kind in mij. Zij is mijn beste vriendin en daarom koester ik haar.
Het opvoeden van het kind in mij is heus niet makkelijk. Soms moet ik er een hoop energie insteken, maar ik krijg er veel voor terug: zo mogelijk meer dan ik dacht.
Het kind heeft mij een heleboel geleerd en ik leer er nog steeds van, zonder haar zou mijn leven er totaal anders uitzien.

Mijn buurman zuchtte weer en keek mij aan. Jeetje… wow…het raakt me… Waarom kan ik zoiets niet bedenken… Mijn kind is ver te zoeken…
Vervolgens raakte het mij, dat het hem raakte en zo ontstond een tamelijk diepgaand gesprek. De trainer liet ons glimlachend onze gang gaan. Misschien was dát wel de uiteindelijke opdracht…

Vierentwintig decembers verder, vind ik het niet alleen grappig om mijn tekst van toen terug te lezen, maar ook bijzonder om te constateren dat ik dat kind nog steeds in mij heb. Sterker nog, zij lijkt nooit volwassen te (willen) worden. Het is alsof ik haar eindeloos -op z’n tijd- moet bijsturen. Daarbij leer ik nog altijd veel van haar. Ik zou mijn tekst vandaag precies zo geschreven kunnen hebben.

Na alle voorbije jaren realiseer ik me, dat ik heb ervaren hoe belangrijk het is om een deel van mezelf kind te laten zijn. En te laten blijven! Ik besef hoeveel kracht ik eruit kan halen en hoeveel humor het me kan brengen. Eigenlijk gun ik iedereen wel zoiets.

Ik denk dat ik de trend maar door zet, nog eens vierentwintig jaar erbij of zo. Hi hi… tegen die tijd zou het zomaar eens kunnen zijn dat het kind(s zijn) echt de overhand heeft genomen. Sta ik nog net geen touwtje te springen  met mijn wie-weet-nieuwe heup. Gekheid natuurlijk…
Maar één ding weet ik zeker: het kind zorgt er wel voor, dat ik ‘jong’ blijf in Denken, Doen en Laten. Heus,  daar kan geen botox tegenop! Oké, voor de kreukeltjes in het gezicht: zo af en toe een verwen-maskertje dan 😉

Ach…en nu we het dan toch over maskers hebben:

Dus ja inderdaad, liedjes zingen: dat ook!
Doen!