Doen alsof

Doen alsof

17 maart 2022 2 Door Bonnie

Doen alsof? O nee, daar doe ik niet aan. Ik ben altijd eerlijk.
Ik heb het iemand wel eens letterlijk zo horen zeggen. Ik zei het toen nog net niet hardop, maar vroeg het me wel bij mezelf sceptisch af: O ja? Serieus? en Bestaat zoiets echt? -want eerlijk is eerlijk,  we doen allemaal toch wel eens alsof onze neus bloedt? Of je zegt iets dat misschien niet helemaal naar waarheid is. Ik denk dat het van de situatie afhangt. In een gezelschap kan het dan bedoeld zijn om de iemand niet in verlegenheid te willen brengen. Een soort ‘discreet verbloemen’ zeg maar. Is dat erg?

Zo ben ik bijvoorbeeld wat voorzichtig als ik een kindertekening krijg. Vind je het mooi tante Bon? Ja, ik vind het prachtig. Maar zie je dan niet wat het is? -schrik…daar val ik door de mand als blijkt dat ik het kunstwerk kennelijk ondersteboven houd.
Nou, stel ik dan voor, misschien kun jij het mij nog even precies uitleggen, en dan vertel ik of ik het goed heb, oké? Negen van de tien keer werkt dat gelukkig prima. 😉

Of die ene keer dat ik ergens te eten gevraagd werd, wetende dat de gastheer vreselijk zijn best had gedaan met koken. Bij de eerste hap blijkt de bloemkool meer dan knapperig, nog nét niet rauw. Issie eigenlijk goed zo? Vind je ‘t lekker? Ik kraakte mijn hap met moeite weg en mompelde zoiets als: Jee, ik maak ‘m zelf ook altijd zo… (daar miszeg ik niets mee, toch?) Vervolgens nam ik gauw een hap van iets anders en zei gemeend: Oh maar dit is lekker zeg! 

Doen alsof: Ja ik vind het mooi, ja ik vind het lekker… Ik wil niet altijd het enthousiasme van de ander ontnemen.
Doen alsof: Soms gaat het me gemakkelijk af, soms totaal niet.

Ik meen dat ik het ooit wel eens in een blog heb geschreven, mijn doen alsof tijdens het dansen. Het lijkt alsof ik het allemaal wel weet, maar ondertussen verdoezel ik van alles. Dat gebeurde bij sommige choreo’s. Die kreeg ik wel goed in mijn hoofd geprent qua tekst, maar niet in mijn benen en voeten qua uitvoering van de juiste danspassen.  Vanaf mijn taille naar boven straalde ik de sterren van de hemel en presenteerde ik de dans met flair. Big smile en grootse gebaren. Tadaaaa! Echter, vanaf mijn middel naar beneden…tsja wat zal ik zeggen, daar stond mijn onderstel maar wat te trappelen, te hannesen, dus vooral te doen alsof. Maar, in de meeste gevallen werd het totale plaatje gezien en geprezen. Meid, wat dans jij toch altijd mooi!  (Eehhhh….hm hm..)  

Terug naar vandaag. Vandaag heb ik een beetje moeite met doen alsof.
Gewoon mijn dingen doen die ik van plan ben te doen. Doen alsof er niets aan de hand is, terwijl ik weet dat ergens iemand op Een Uitslag wacht. Dat houdt me bezig. Eerlijk gezegd: ik ben plaatsvervangend nerveus en vind het spannend. Het helpt niet als ik me bedenk dat er dagelijks over de hele wereld honderden mensen op uitslagen wachten, iedere seconde… Ja, het relativeert, maar ook in dit geval voor een seconde. 

Het gekke is, dat als het om mezelf gaat, ik het type IJskonijn ben. Dan kan ik dingen parkeren zonder me druk te maken. Zo’n (quasi)nonchalante houding van: Wie dan leeft wie dan zorgt, eerst maar afwachten. Misschien is het wel overleven, kop in het zand, oogkleppen op, maar in ieder geval: doen alsof.

Vanmiddag haalde ik de post uit de brievenbus en daar zat een boekje bij van mijn favoriete schrijver Toon Tellegen. Het is een verzameling van zijn dierenverhalen, die geruststellend en verwachtingsvol zijn, zo staat op de achterkant van het boekje. Het is bedoeld om hoop te houden op betere tijden. Ik bestelde het, omdat dat me aansprak én ik ontzettend van zijn dierenverhaaltjes hou.

Nieuwsgierig wil ik het boekje alvast eventjes vluchtig doorbladeren en valt het open op bladzijde 24. Nou ja! Let op… hier komt weer zo’n toevalligheidje (die ik regelmatig zie, hoor, meemaak..), want het verhaaltje op deze pagina begint met:

“ Misschien komt er iemand op bezoek als ik hier onder mijn bed lig, dacht de egel toen hij daar een tijd had gelegen. Wat dan?
Moet ik dan roepen: ‘Ik lig onder mijn bed. Wacht even!’, of zal ik doen alsof ik er niet ben?

….. etc.

Een paar bladzijden verderop, op pagina 52, begint een ander kort verhaaltje, dat mij doet glimlachen. Ik hoop dat het niet erg gevonden wordt, dat ik het hieronder letterlijk overneem. Maar ik wil het toch graag delen, dus ik neem de gok. Want ach, het geeft zo’n positieve draai aan het doen alsof!

Dieren,
Wie viert er vandaag zijn verjaardag?
Als dat niemand is, wie wil hem dan alvast vooruit vieren?
Als dat ook niemand is, wie wil er dan iets anders vieren en mij uitnodigen voor taart en gebak?
Als dat nog steeds niemand is, wie wil er dan zomaar een taart bakken (wel met honing en room en zoete gelei en gesmolten suiker) en vragen of ik langskom om hem op te eten?
Als dat niemand is, wat dan?
Weten jullie wat te gronde is? Dat ga ik.
Help mij.
De beer.


Die middag was iedereen jarig, vierde zijn verjaardag vast vooruit, vierde iets anders of bakte zomaar een taart. De beer holde van de een naar de ander tot hij niet meer kon en puffend en steunend onder de wilg ging liggen en in het licht van de ondergaande zon langzaam in een diepe slaap verzonk.

bovenstaand citaat en verhaaltje komen uit dit boekje