Van slag

Van slag

10 november 2022 1 Door Bonnie

Ik heb vandaag een “Vanslag-dag”, hebben jullie vast ook wel eens. Of niet? Bij mij heeft het vandaag niets meer te maken met het verzetten van de tijd. Want, gek genoeg, daar moest ik deze keer zowaar een paar dagen aan wennen. Zo zat ik ‘s avonds om “het nieuwe 22:00 uur” al te geeuwen en sukkelde ik op de bank stilletjes weg. De andere ochtend stond ik dan doodleuk om “het nieuwe half zes” -klaar wakker- aan het aanrecht thee voor mezelf te zetten. Gelukkig zit de wintertijd nu wel zo’n beetje in mijn systeem.

Gisterochtend zat ik tegenover een bleke Don aan de ontbijttafel, dat wil zeggen: ik mét ontbijt, hij zonder -wat raar. Iets klopte niet. Inderdaad, ineens werd hij nog a whiter shade of pale en drie tellen later dook hij zelfs hondsberoerd zijn bed weer in. Ziek en lamlendig. Getest en het bleek geen corona.

Arme Don, daar lag hij dan: de hele dag misselijk en met hoofdpijn plat op bed in het donker, als een mol in een hol. Ook arme hij, omdat ik nou niet bepaald het type Florence Nightingale ben. Voor dat gen moet hij bij mijn zusje zijn, die heeft ‘m namelijk wél. Ik ben meer het type van: Stel je niet zo aan. Hoest effe normaal. Doe eens niet zo overdreven… etc. Erg hè?

Enfin, vanmorgen zat er gelukkig een ‘alleen nog maar met hoofdpijn’-man tegenover mij met een gezicht dat bijgetrokken is van wit naar gebroken wit, zeg maar. Ik ben blij dat het iets beter met hem gaat, ook al is hij nog niet echt heel enthousiast. Rustig aan nog maar vandaag. En dat maakt mijn dag juist van slag.

Ik kan me niet heugen hoe lang het geleden is, dat Don ziek thuis is gebleven van zijn werk. Zelden! Omdat hij gisteren wel thuis was, maar uit beeld, deed ik gewoon mijn ding. Vandaag is anders. Hij loopt ineens om mij heen. Op zich niet erg, maar daardoor denk ik constant dat het vrijdag is. Normaliter is vrijdag namelijk zijn vrije dag.

Dus dacht ik vanmorgen opeens: Ik moet mijn boodschappenlijstje nog maken! En vervolgens: O nee, we gaan straks helemaal geen boodschappen doen. Maar ook: O nee, we gaan straks geen bloemen halen bij de kwekerij (die vrijdag open is). En: O nee, we gaan straks niet borrelen beneden om de week af te sluiten. Allemaal van die vrijdag-dingen.

Ik probeer mezelf de hele dag hardnekkig te herprogrammeren: Bo, het is geen vrijdag! Suf hè en dat alleen maar omdat Don vandaag nog thuis is.
Dan schiet er plots een kreet door mijn hoofd “Blog!” Jee, daar had ik niet eens meer aan gedacht, simpelweg omdat vandaag niet voelt als donderdag. Al helemaal niet, omdat ik ieder moment aangrijp als ‘gezellig’ en me daardoor laat afleiden. Koffietje? roep ik dan, waarmee ik eigenlijk bedoel: Voel je je al goed genoeg om samen koffie te drinken? Die van vanmorgen vroeg had hij overgeslagen, dat was nog even te heftig. 

Gezellig samen koffiedrinken zomaar op een doordeweekse dag, gebeurt niet vaak. Nu moet ik erbij zeggen, dat onze meningen over mijn interpretatie “gezellig hè” nogal verdeeld zijn. Ik kan dat aflezen van het gezicht tegenover mij -dat dan weer wel. Het weerhoudt mij echter niet. Ik babbel er op los en vroeg mij zo-even tegelijkertijd af: Kijkt hij nou zo glazig door de ibuprofen of door mijn gewauwel? Nee joh, vast niet dat laatste, want mijn verhalen zijn altijd reuze interessant. Grinnik. (Zijn er onderhand al lezers die denken “Och arme Don”? 😉 ) 

Maar goed, zo kabbelt mijn vanslag-dag gestaag door. Van “Nog een koffietje?” tot “Kun je al een licht lunchje verdragen?”- om vervolgens een zak erwtensoep open te rukken en in een pannetje te gieten. Sorry de kippensoep heb ik gisteren zelf al opgegeten.

Zojuist ben ik maar gewoon begonnen met schrijven wat in me op komt, hoewel ik het plan had om totaal iets anders te schrijven. Ik weet alleen niet waar ik dat schriftje heb gelaten waarin ik al mijn ingevingen noteer. “Dat Schriftje” is één van de vele, die hier in huis soms tijden rondslingeren tot ik de geest krijg en ze ineens op een ‘logische plek’ opberg. En op zo’n vanslag-dag, weet ik dan niet meer welke plek ik logisch had bedacht voor het schrift dat ik nodig heb.  

Het is trouwens niet mijn eigen idee, zo een schriftje. Ik heb het nageaapt uit een film die ik ooit zag. Een schrijfster in spé schreef al haar ingevingen en mooie citaten op losse post-it blaadjes, die ze dan regelmatig verloor. Een geheime bewonderaar kocht toen -hoe romantisch- een prachtig notitieboek voor haar, zodat ze daarin al haar ideetjes kon noteren. Nu zou ik zo één-twee-drie niet weten of ik een geheime bewonderaar heb, dus ik heb mezelf maar een mooi schriftje aangeschaft. Plus nog eentje voor mijn dansles notities, plus nog eentje voor mijmer-verhalen, plus nog eentje voor recepten (jawel!), plus nog eentje voor je-weet-maar-nooit….. Afijn, mijn verzameling is groot.

Plotseling voel ik mij ‘betrapt’, want ineens staat Don achter mij. Wat ben je aan het doen? Oh aha, schrijven natuurlijk. Waarover? Ehhmmmm…. tsja, normaliter zit ik hier in mijn eentje en heb ik mijn blog meestal de ether al in geslingerd als hij ‘s avonds thuis komt uit zijn werk. Je mag wel lezen hoor, bied ik aan, geen geheime dingen of zo.

Hij leest. Hij ziet mijn foto van mijn notitieboekjes en merkt dan op: Ik heb jou toch ook wel eens een mooi schriftje gegeven?  Oooow ja! schiet het me te binnen. Die met die uitgestanste dame in een japon van Christian Lacroix. Inderdaad heel mooi! Ik moet even nadenken, want gut… ook ergens bewaard op een logische plek. Daar ligt het bijzondere schrift te wachten om beschreven te worden met bijzondere teksten. Met mijn mooie vulpen uiteraard, ook een cadeautje van Don. 

Ik zoek ‘m even op! zeg ik. Zullen we dan daarna samen bedenken wat we gaan eten vanavond? Iets lichtverteerbaars denk ik maar, want voor jou is vandaag vast ook nog een beetje vanslag-dag.