Doe mij maar asperge

Doe mij maar asperge

25 april 2019 4 Door Bonnie

Al een paar dagen achtereen is het zonnig en warm voorjaarsweer. Het kleurrijke veranderen van de natuur om me heen wint qua aandacht en een vrolijk humeur. Ik negeer hardnekkig de pluizen, pollen en ander rond dwarrelend ongein, ook al krab ik me suf en zijn de slijmvliezen in mijn hoofd op hol geslagen. Natuurlijk heeft het invloed, maar ik laat me er niet door van de wijs brengen -er zijn nog altijd leukere dingen. Onderweg zie ik overal al volop tuinplantjes te koop, terwijl ijsheiligen nog moet komen. Als ik al die bakken met viooltjes zie -liefst blauw, dan mis ik af en toe onze achtertuin van het vorige huis nog wel. De met druivenranken bedekte pergola, de picknickbank, de loungeset in de schaduw en nog het meest mijn schommelbankje. Uren kon ik zachtjes schommelend, in alle kussens hangend genieten van het uitzicht op kwetterende vogeltjes, badderend in een schaal water beschut tussen takken van de vlinderboom.

Maar eerlijk is eerlijk, hier en nu: twee-hoog-en-droog voel ik me een dik tevreden mens. Letterlijk en figuurlijk 😉 Als ik onze Franse balkondeuren opensla, verandert een hoekje van onze woonkamerkeuken in een ‘binnenstebuiten’. In een comfortabele stoel, onder de Kentia palm heb ik een doorkijkje richting Waterweg waar zo nu en dan een cruiseschip voorbij vaart. En natuurlijk, als ik wil, kan ik ook gebruik maken van de grote afgeschermde tuin van ons appartementencomplex en op het terras gaan zitten onder een parasol. Nu even niet. Ik zie dat daar zojuist twee buurvrouwen met een drankje zich een plekje in de zon hebben verschaft. Met hun broekspijpen opgestroopt en hun blote benen rustend op een voetenbankje keuvelen ze er gezellig op los. Ik verwacht een telefoontje en blijf zodoende liever hier boven en hou me wat afzijdig.

Zoals ik al had verwacht gaat mijn telefoon om half een in de lunchpauze, of in ieder geval na het spreekuur op de poli. Het is mijn vaste oncologisch verpleegkundige die belt met de uitslag van mijn bloedtest. Door haar aarzelende aanzet krijg ik al het idee dat de uitslag niet helemaal is zoals die zou moeten zijn en blijkt mijn vermoeden helaas juist. Ons gesprek lijkt akelig veel op het vorige, waar ik drie maanden geleden over schreef in mijn blog Een klein beetje jammer (klik).

Vandaag krijg ik wederom te horen dat mijn CEA waardes weer zijn gestegen. Wederom is er die aarzeling. Gezien uw schommelende verleden zijn wij geneigd om ons er geen zorgen om te maken…maar…. Zij zwijgt. Ik zwijg. Ja, als zíj al niet weet wat ze nog moet zeggen, hoe moet ik dat dan weten? We kúnnen en mógen het niet negeren. Tsja, ook die heb ik eerder gehoord. What’s new?
Waarom stijgen mijn waardes? Kan het te maken hebben met de astmabehandelingen die ik krijg? Of komt het door al die vervelende chronische ontstekingen in mijn hoofd? Ze weet het niet. En nu?

Nu spreken we af, dat mijn bloed over zes weken weer wordt getest. Als mijn waardes dan nog zo hoog zijn, volgt een scan. Met een Ik zou me maar niet al te druk maken hoor, ronden we ons gesprek af. Oké, ik ga me er niet druk om maken. Maar goed is het niet. Het voelt weer zó dubbel. Ik wéét dat ik het zo meteen ‘gewoon’ naast me neer ga leggen, maar deze paar minuten ben ik even boos. Boos omdat niemand mij kan uitleggen waarom.

Drie jaar word ik nu al in drie verschillende ziekenhuizen behandeld door drie top specialisten in hun vakgebied en steeds opnieuw krijg ik te horen dat het is zoals het is, accepteren, mee leren leven, heel vervelend voor u. Jaaaaaaaaa, die ken ik allemaal al! MAAR WAAROM?! Ik weet heus wel dat ik er geen antwoord op krijg, maar soms is het gewoon lekker om dat heel hard te roepen. En soms voelt het of ik bij een gesloten deur sta, waar een briefje op hangt met: Helaas, de cursus ‘Omgaan met teleurstellingen’ gaat wederom niet door.
😉

Pffff… ik loop naar mijn Franse Binnenstebuiten Hoekje en gluur over de reling naar beneden. De dames zitten er nog. Kijk, voor hen draait de wereld gewoon door. Die van mij had even lunchpauze met een taaie hap. Zij van beneden praten over asperges en wisselen receptjes uit. Hoe heerlijk en onbezorgd….
Acuut gaat er een knop bij mij om. Even had ik me dan toch van de wijs laten brengen, maar de boosheid in mijn hoofd laat zich verjagen door de gedachte aan het witte goud waar ze het beneden over hebben. Eerst ga ik Don bellen om te vertellen over de uitslag, plus mijn frustraties uiten. En daarna…daarna ga ik ergens asperges scoren voor vanavond. Heerlijk! En kijk, ik ben al weer een beetje blij 🙂